Zondagsrijder

Domingueiro

Zondagsrijder

Nunca foi de carro pro trabalhoNooit is hij met de auto naar z'n werk gegaan
Ia de bike, na chuva pegava o tremHij ging per fiets, bij regen met de tram
Só no domingo ele andava na pistaAlleen op zondag reed hij op de autobaan
Mas naquela segunda, a freio não funcionouMaar op die ene maandag, weigerde zijn rem

Ele era gente boa, um cara tranquilo (cara tranquilo)Hij was vriendelijk, een opgeruimd karakter (opgeruimd karakter)
Desses que aparecem só de doze em doze (e nunca treze)Van hem gingen er maar twaalf in een dozijn (en nooit geen dertien)
Não tinha um trampo que rendesse grana (grana)Hij had geen werk waar je veel mee kon verdienen (qua centen)
Só um emprego que trazia felicidade (e por isso)Gewoon een baan waarmee er veel gelukkig zijn (en daarom)
Pra família, sempre foi um bom pai (pai)Voor zijn gezin was hij steeds een goede vader (vader)
Se pudesse, ajudava os outros (por exemplo)Als het even kon stond hij voor anderen klaar (bijvoorbeeld)
Ele nem gostava de dirigir (mas e aí)Hij hield niet eens van autorijden (ja maar)
Mas já tinha carteira há vinte e cinco anos (pra sair às seis)Toch had hij z'n rijbewijs al vijfentwintig jaar (om zessen klaar)
Como pode ser que naquele dia ele tava tão apressado (sem despertador)Hoe kwam dat nou, dat hij die dag zo'n haast had (geen wekker)
Que deixou a bike e o trem pra trás (pergunta idiota)Dat hij z'n fiets en ook de tram heeft laten staan (een domme vraag)
Era a mulher, que não tava mais a fim dele (estranho)Was het z'n vrouw, die hem niet meer zo zag zitten (vreemd ging)
Era o chefe, que ameaçou demitir (ou será que)Was het z'n baas, die hem dreigde te ontslaan (of was het)
Era o jornal, que ele não terminou de ler (e daí)Was het de krant, die hij niet heeft uitgelezen (nou en)
Ou ele tinha medo de se atrasar (mas)Of was hij bang om niet op tijd te zijn (maar)
Quem vai saber, ainda não tá provadoWie zal het zeggen, het is nog niet bewezen
Ele não tá mais aqui, como tantos outros estão (não estão mais aqui)Hij is niet meer, zoals er al zovelen zijn (er niet meer zijn)