Heb je het hart

Você Tem Coração?

Heb je het hart

Para quem acha que não sabe de nadaVoor wie denkt dat 'ie van niks weet
Para quem olha e não vê nadaVoor wie kijkt of 'ie niks ziet
Para quem finge que tá tudo bemVoor wie doet alsof z'n neus bloedt
Mas não tá bem, não tá nãoMaar z'n neus die is het niet
Para quem diz "isso vai passar"Voor wie zegt "het gaat wel over"
Para quem torce pra nunca acabarVoor wie hoopt dat het nooit stopt
Para quem fica em silêncio sem falarVoor wie zwijgt om niks te zeggen

Para quem tudo acontece rápido demaisVoor wie alles veel te snel gaat
Para quem tudo é devagar demaisVoor wie alles veel te traag
Para quem arde de desejoVoor wie brandend van verlangen
Para quem luta com a questãoVoor wie worstelt met de vraag
Para quem tem medo do escuroVoor wie bang is voor het donker
Para quem aceita o que mandamVoor wie pikt wat men gebiedt
Para quem hesita e depois diz que simVoor wie aarzelt en dan ja zegt
Para quem duvida, mas não desisteVoor wie twijfelt toch maar niet

refr.:refr.:
O que você faz, como você pensaWat je ook doet, hoe je ook denkt
De onde você vem, quem você éWaar je vandaan komt, wie je ook bent
No que importa no final da cançãoWaar het op aan komt aan het eind van het lied
(Você tem coração ou não tem?) Você tem coração(Heb je het hart of heb je het niet) Heb je het hart
(Você tem coração ou não tem?) Você tem coração(Heb je het hart of heb je het niet) Heb je het hart
(Você tem coração) Ou você não tem coração(Heb je het hart) Of heb je het hart niet

Para quem se contorce por dinheiroVoor wie krom ligt voor de centen
Para quem se orgulha da moralVoor wie bulkt van het fantsoen
Para quem só queria um pouco maisVoor wie niks liever zou willen
Mas não sabe o que pode fazerMaar niet weet wat 'ie kan doen
Para quem procura e não vai acharVoor wie zoekt maar niet zal vinden
Para quem insiste até pararVoor wie doorgaat tot het stopt
Para quem acha que não sabe de nadaVoor wie denkt dat 'ie van niks weet
Mas sente que algo não tá certoMaar voelt dat er iets niet klopt

refr.refr.

Para quem só queria um pouco maisVoor wie niks liever zou willen
Para quem ama, homem ou mulherVoor wie lief heeft, man of vrouw
Para quem é menina, menino, criançaVoor wie meisje, jongen, kind is
Ou é só um ser humano, e pra vocêOf een mens is, en voor jou

refr.refr.

Você tem coração (Você tem coração ou não tem?)Heb je het hart (Heb je het hart of heb je het niet)
Ou você não tem coraçãoOf heb je het hart niet
Você tem coração (Você tem coração ou não tem?)Heb je het hart (Heb je het hart of heb je het niet)
Ou você não tem coraçãoOf heb je het hart niet
Você tem coração (Você tem coração ou não tem?)Heb je het hart (Heb je het hart of heb je het niet)
Ou você não tem coraçãoOf heb je het hart niet
Você tem coração (Você tem coração ou não tem?)Heb je het hart (Heb je het hart of heb je het niet)
Ou você não tem coraçãoOf heb je het hart niet
Você tem coração (Você tem coração ou não tem?)Heb je het hart (Heb je het hart of heb je het niet)
Ou você não tem coraçãoOf heb je het hart niet
Você tem coração (Você tem coração ou não tem?)Heb je het hart (Heb je het hart of heb je het niet)
Ou você não tem coraçãoOf heb je het hart niet
Você tem coração (Você tem coração ou não tem?)Heb je het hart (Heb je het hart of heb je het niet)
Ou você não tem coraçãoOf heb je het hart niet